Aan het eind van de droge zomer knispert het gras – of wat daarvan over is – onder mijn wandelschoenen. Het uitgestrekte kalkplateau dat de zuidelijke helft van het eiland Öland beslaat is al geen vruchtbaar, groen gebied. Nu het gras geel kleurt en de meeste planten zijn verdwenen, lijkt het helemaal alsof we op de prairie terecht zijn gekomen. Maak kennis met Stora Alvaret, het UNESCO Werelderfgoed-gebied op het Zweedse eiland Öland.

Öland -molen(ei)land

Leeg Öland

De kenmerkende houten molens van Öland zagen we wel langs de weg vanaf Mörbylånga hierheen. Maar eenmaal aangekomen in het niemandsland van Gösslunda is het landschap leeg, heel erg leeg. Er staan een auto op de parkeerplaats waar wij onze route willen starten, maar verder valt er niets of niemand te bekennen. En eerlijk is eerlijk, wat zou je hier moeten doen, in dit onherbergzame gebied? Misschien een paar schapen laten grazen in de tijd dat het gras sappiger is. Veel meer valt er niet te bereiken met de kalksteenbodem die gewassen geen schijn van kans geeft om hier te groeien.

Ah, die kant op dus, ongeveer …

Van boerenland tot werelderfgoed

Toch is het gebied hier eeuwenlang beweid en bewerkt door boeren. Met weinig succes, de meeste boerenbedrijven liggen aan de rand van het kalksteenplateau van 37 km lang en circa 15 km breed, dat in totaal zo’n 25.000 hectare beslaat. Daarmee is het meteen het grootste kalksteenplateau van heel Europa. Al sinds de steentijd wonen hier mensen. De bewoners van dit stuk Öland hebben leren leven met het terrein hier. In het verleden zijn er genoeg pogingen gedaan om toch stukken te ontginnen, door grootschalige aanvoer van grond en bemesting. Maar dat is duur en leverde maar beperkt succes op. In 2000 werd het agrarisch landschap van zuid-Öland (waar Stora Alvaret onderdeel vanuit maakt) officieel opgenomen op de UNESCO Werelderfgoedlijst, als cultuurlandschap. Het is een prachtig voorbeeld van hoe de mens heeft leren leven met geologische beperkingen, zonder de natuur naar zijn hand te zetten. Het bijkomende voordeel: om het landschap in zijn huidige stand te houden ontvangen de boeren in het gebied samen jaarlijks zo’n twee miljoen euro. Zo heeft een natuurlijk nadeel ook voordelen.

Kraamkamer van de galwesp

Natuurlijk schoon

Voor wat hoort wat en dus mogen wandelaars over de hekken klimmen om de bijzondere natuur met eigen voeten en ogen te ontdekken. Er groeien hier bijzondere plantensoorten, waaronder zo’n dertig soorten orchideeën en planten die ook in Siberië groeien. We zouden graag het Ölands zonneroosje (Helianthemum oelandicum) zien, de plant die hier vandaan komt en ook het symbool van het eiland is. Maar dan hadden we wat eerder in het jaar moeten komen. Nu moeten we het doen met vergeeld gras en jeneverbesstruiken die vol vruchten hangen.

Mijn oog wordt getrokken door een harige bal die aan een wilde rozenstruik hangt. Rare vruchten hebben ze hier op Öland. Nadere inspectie leert dat het gaat om een rozenmosgal, de kraamkamer van een galwesp. Zo’n gal wordt veroorzaakt door een galwesp die haar eieren afzet op die plant. De plant reageert door dit pakketje eitjes min of meer in te pakken. Dat heet een gal en doet dan dienst als behuizing met voedsel voor de larven. Het is niet schadelijk voor de plant en levert een fraaie, kleurige prop op, die groter is dan de kleine botteltjes die de roos nu ook al aan het vormen is.

..

Tijd voor pauze

Volg de steenmannen

Het is lastig oriënteren in dit gebied. Weliswaar staan er nauwelijks bomen, maar de afwezigheid van duidelijke wandelpaden en/of markering maakt dat je al snel het gevoel hebt maar wat rond te dolen. Gelukkig zijn er wandelaars voor ons geweest die her en der stapeltjes stenen hebben neergelegd. Langs deze steenmannen maken een ronde van zo’n 7 km en verbazen ons over de weidsheid van dit ongenaakbaar ogende landschap. Midden in de leegte ploffen we neer op de stenige ondergrond en laten de stilte op ons inwerken.

Schutkleur

Als je eenmaal stil zit, krijg je vanzelf beter zicht op de vogels die hier rondhippen, naarstig op zoek naar iets eetbaars op deze droge vlakte. Kennelijk is er het nodige te vinden, want we zien heel wat soorten voorbij springen en fladderen. Veel van de bruingrijs geveerde soorten gaan vrijwel naadloos op in het landschap, maar met wat speurwerk krijgen we ze toch voor de camera.

 …

Op weg naar de Ting-stenen

Tingstenen

Na onze rondgang hebben we nog lang niet genoeg gezien van dit bijzondere landschap en volgen aan de overkant van de weg een bordje dat naar ‘Tingstad flisor’ verwijst. Mijn Zweeds is net goed genoeg om te weten dat flisa steen of splinter betekent. Kennelijk liggen er zo’n 3,5 km verderop stenen die de moeite van het bekijken waard zijn?

Voor ons uit loopt een jong gezin, de eerste mensen die we hier zien. Terwijl wij in korte broek en T-shirt rondstampen, zijn zij degelijk en volgens ons veel te warm ingepakt. Ongetwijfeld weten zij dat het hier ook heel frisjes kan zijn als de wind opsteekt en over de steppe jaagt.

Dat doet de wind voorlopig niet, het blijft onverminderd zonnig. We volgen een onduidelijk pad, ook hier voorzien van steenmannen, en passeren een paar keer een hekje. We lopen langs een grafheuvel en kort daarna zien we tot onze verbazing een plak steen die rechtop omhoog staat in de grond. Het is moeilijk schatten op deze afstand, maar hij zal toch snel een meter of drie hoog zijn, gokken we. Dat blijkt redelijk te kloppen: als we ernaast staan komen we met onze 1m90+ tot circa tweederde van de steen. Een wegwijzer stuurt ons nog een stukje verderop waar nog zo’n steen verticaal in de grond staat.

‘Ting’ is in meerdere Scandinavische landen de benaming van een vorm van bestuurlijk overleg in de openlucht. Het IJslandse parlement draagt bijvoorbeeld nog altijd de naam Althing, al vergaderen die tegenwoordig ook overdekt. Hier op Öland hebben de stenen waarschijnlijk dienst gedaan als markering van de plek waar familiehoofden bij elkaar kwamen om te overleggen. De oudste gedocumenteerde vermelding van de Tingstad flisor dateert van 1393. Waarschijnlijk heeft deze plek al ruim daarvoor dienstgedaan als overlegplaats.

Een van de imposante Ting-stenen, bijna 3 meter hoog

Terug naar de bewoonde wereld

Onder de indruk van de grote kalkstenen platen (hoe hebben ze die zo rechtop gekregen?) lopen we terug richting ons startpunt. We groeten het gezinnetje dat nog steeds onderweg is naar de eerste Tingstad-steen en zijn blij als we de warme wandelschoenen kunnen omwisselen voor een paar sandalen. We gaan op zoek naar iets vloeibaars en kouds in Mörbylånga, het dorp dat geldt als ‘de hoofdstad’ van het zuidelijk deel van Öland. Die zoektocht eindigt op een vrijwel uitgestorven pleintje, op het terras van een restaurant dat een beetje oogt als een cafetaria. Maar met genoeg keuze op de kaart om wat te eten en drinken (en een ijsje na!) is dit een prima stek om het eenzame Öland-gevoel nog even vast te houden!

P..

Praktisch

Dit is wandeling 5 uit Wandelen in Småland, een gids met 23 rondwandeling in deze zuid-Zweedse provincie. Op www.wandeleninsmaland.nl vind je meer informatie en de routebeschrijving van een andere tocht uit de gids. De gids direct bestellen kan natuurlijk ook. Ga daarvoor naar onze webshop.

Meer lezen over wandelen in Småland? Bekijk dan deze blogs:

Op stap langs het Vättern in het land van John Bauer

Wandelen in de tuin van Carl Linnaeus

Oktober in Småland is rood

Store Mosse: wandelen door het hoogveen

Blå Jungfrun: wandelen op een onbewoond eiland

Verantwoording

Een uitgebreidere versie van dit blog verscheen als artikel in het voorjaarsnummer 2021 van Nordic Magazine.