De bergrug die Noorwegen en Zweden scheidt “begint” min of meer in Värmland. De top van Hovfjället is weliswaar maar 543 meter hoog, maar toch ervaar je hier al de sfeer van de bergen, met het nodige klim- en daalwerk. Op zoek naar nieuwe tochten voor de volgende editie van Wandelen in Värmland zijn we in het Hovfjället Natuurreservaat terecht gekomen. ’s Winters wordt hier ook geskied en gelanglauft, maar nu is het vooral het domein van wandelaars en rustzoekers. Voor zover er al andere mensen zijn; op onze tocht komen we welgeteld een stel andere wandelaars tegen. Je kunt hier kiezen uit vier uitgestippelde routes, wij gaan voor de langste van ruim 12 km: Hovfjällsrundan.

..

Het startpunt is niet te missen

Hovfjället’s paden

Het startpunt van de vier routes ligt op de top van de berg en is gemarkeerd met een niet te missen houten informatiezuil. Het is een indicatie van wat ons te wachten staat qua markering en onderhoud van de paden. Dat wil in Zweden nog wel eens voor verrassingen zorgen, omdat aangelegde paden lang niet altijd onderhouden worden. Moeder Natuur overgroeit de paden, de markering verdwijnt in het groen en dan is het soms zoeken. Maar van dat soort ongemakken is hier geen spraken. Goed begaanbare paden, regelmatig vlonders door natte delen en duidelijk gemarkeerd. We gaan op pad en beginnen gelijk met een afdaling, en belanden al snel in een uitbundig groen dalletje. Boomwortels en keien maken dat je niet veel sneller gaat dan 2,5 km per uur. Dat geeft niet, we hebben de hele dag.

Pauze met uitzicht op het veengebied Kotjärnsmyren

Natte vlaktes

Als je de bergen in trekt verwacht je stenige hellingen, rotspaden en grote keien. Dat is er allemaal wel, maar verrassend genoeg kennen de hellingen ook flink wat velden en vlaktes waar veengebied is ontstaan. De ondergrond laat maar weinig tot geen water door, de plantengroei is weelderig. We zien veenvelden met wollegras en ook de veenbramen beginnen al te kleuren. Met hun wonderlijke rood-oranje kleur vallen ze direct op. Als ze eenmaal gerijpt zijn, kleuren ze goudgeel. Veel Zweden gaan dan op pad voor de pluk; Hjorton, zoals de braam in het Zweeds heet, geldt als een delicatesse en plukkers kunnen aardig wat geld krijgen voor een vrachtje van de vruchten. Nu is dat te vroeg en staan ze nog volop te pronken langs het wandelpad. Dat loopt in de vorm van een plankier soms dwars door zo’n veenveld, waardoor je ze van dichtbij kunt bekijken.

Via een kleine brug steek je de waterval over

Berggeiten

Dat we de bergen zijn ingetrokken betekent ook dat er geklommen moet worden. Na een forse afdaling voert de route omhoog langs de helling van de Råkullsberget; een adembenemende klim waarbij we onderweg meerdere malen stoppen om even uit te puffen. Inspannend, maar ook zeer belonend, want zo kom je op plaatsen die je alleen als wandelaar te zien krijgt. Zo passeren we een waterval, waar het heldere water zo’n vier meter naar beneden valt, te midden van vijftig tinten groen. Dat je dat dan ook nog in je eentje (vooruit: met z’n tweeën) mag beleven, is een van de vele voordelen van wandelen in Zweden. Andere wandelaars kom je vrijwel niet tegen.

‘Ons’ bosmeer, het Råkullstjärnen

Privé-meer

Ook het Råkullstjärnen, een hoog gelegen meertje, verscholen in de bossen, hebben we voor onszelf. Er staat een schuilhut, er is een vuurplaats en een gastenboek. Daarin lezen we dat de dag ervoor landgenoten hier langs zijn gekomen. En eerder vandaag is een Duits stel hier geweest. Zijn we toch niet de enige die van het bestaan van al dit moois weten!

Met droge voeten door het veen

Geleidelijk omhoog richting de top van Hövfjället

Na een lange pauze aan het meer breken we weer op en vervolgen onze tocht. De inmiddels al wel wat vermoeide beenspieren lopen we weer soepel op de lange plankieren die ons door veengebieden heen leiden. Op dit stuk van de route is hard gewerkt aan vernieuwing van de planken en zo gaan we met droge voeten geleidelijk bergopwaarts, terug naar de de top van de berg. Zo’n 2,5 km voor het einde ontwaren we twee andere wandelaars, waarschijnlijk de Duitsers die ons voor waren bij het meer. Bij Bondfugestorp, een oud huisje met picknickbanken, pauzeren we nog een keer om moed en energie te verzamelen voor de laatste kilometers. Want van al dat gestap, geklim en gedaal word je best moe.

Stil Hovfjället

Enigszins versleten, maar ook weer erg blij met deze mooie tocht, komen we terug op de bergtop. Hier staat ook het receptiegebouw waar je in de winter je skipas kan halen. Nu is het gesloten en een beetje een dooie boel. Andere wintersportresorts doen hun best om ook in de zomer gasten te trekken en vermaken. Hier niet en eigenlijk is dat heel fijn, want daardoor is het er ook zo stil. Schoenen uit, sandalen aan en via de 7 km lange asfaltweg dalen we (met de auto!) af naar de bewoonde wereld en verlaten Hovfjället. Op zoek naar een zwemsteiger om het wandelzweet weg te spoelen in een van de talloze meren die Värmland telt. Een extra reden waarom deze regio zo perfect is om te voet te ontdekken!

Praktisch

We zijn terug in Värmland om tochten te herlopen en nieuwe te maken voor de volgende editie van wandelen in Värmland. Dat is een gids met 24 rondwandelingen in deze provincie in het midden van Zweden. Kijk op www.wandeleninvarmland.nl voor meer informatie. Daar vind je ook een routebeschrijving van een van de routes uit de gids. De 2e druk van de gids is nog leverbaar en kun je natuurlijk ook direct bij ons bestellen. Ga daarvoor naar onze webshop.

Meer lezen over wandelen in Värmland?

Bekijk dan deze blogs:

Finnskogen: Finse dorpen rond de Noors-Zweedse grens

Glaskogen Natuurreservaat: Wandelen langs meren en bossen

Het goud van de veengebieden in Värmland, Zweden

Wandelen in Värmland: korter is (soms) beter!

Finnskogleden: 240 km langs de Zweeds-Noorse grens

Sysslebäck: alleen op de wereld in Zweden

Sneeuwwandeling in Zweeds Värmland

Glaskogen revisited, of herloop je ‘eigen’ wandeling