De loop van de Rijn bepaalt grotendeels het laatste stuk van onze route op dit stuk E8. We blijven voortdurend aan zijn (linker)zijde en trekken steeds verder zuidwaarts. Bij Koblenz mondt de Moezel uit in de Rijn. Daarachter begint de Hunsrück, het middengebergte dat de Rijn en Moezel van elkaar scheidt. Dat staat garant voor aardig wat meters klimmen en dalen en genieten van fraaie vergezichten. Met als start- en eindpunt van onze wandeldagen steeds weer de Rijn.

Religieuze inspiratie vind je in Duitsland bijna langs elk wandelpad

Fruitboomgaarden

De eerste kilometers vanuit Andernach behoren niet tot de mooiste stukken van de E8. Of je moet van een vanwege Corona buiten gebruik gestelde Rodelbaan en trampolinepark houden dat er verlaten bij ligt aan de rand van het stadje. Mooi van treurigheid. Dan maakt de bebouwing plaats voor uitgestrekte landbouwgronden, waar vooral veel fruit wordt geteeld: appels, peren, kersen, pruimen; het groeit er allemaal. De kersen zijn inmiddels van de bomen (of overrijp en rottend), de pruimen zijn klaar om geoogst te worden. Onder boom liggen heel wat ‘afvallers’ en die smaken prima.

Eindelijk: de Moezel

Waar blijft het water?

We stappen heel wat uren door het glooiende terrein voordat de afdaling naar de Moezel dan toch ingezet kan worden. We stuiten op de helling op de eerste druivenranken waarmee de hellingen langs deze fraaie rivier zijn begroeid. Was Moezelwijn vroeger een goedkoop en zoet wit wijntje dat je oma dronk op een verjaardag, nu heeft een nieuwe generatie wijnbouwers zich gestort op de betere druivensoorten en dito wijnen. Het gaat niet langer om de hoeveelheid, maar om de kwaliteit en dat lukt heel aardig met druiven als Riesling en Blanc de Noir. Mooie, droge witte wijnen. Na 20 km snakken we naar zo’n verfrissend glaasje, maar eerst moeten we nog via een smal pad direct naast de spoorbrug de rivier oversteken. Aan de overkant wacht Koblenz!

Monument voor Kaiser Wilhem I op Deutsches Eck in Koblenz

City life in Koblenz

Op dat wijntje moet nog even gewacht worden, want we blijken zo’n 5 km vanaf het stadscentrum in Koblenz te zijn beland. De stadsbus lijkt ons even een goed idee, maar dat voelt toch een beetje als ‘smokkelen’. En dus volgen we het wandel/fietspad langs de Moezel, op weg naar Deutsches Eck, waar Moezel en Rijn elkaar treffen. Je merkt direct in een grote stad te zijn beland: op ons pad wordt gejogd, gefietst, in het water hangen jongeren in een bootje te chillen of staan op een plank te SUP-pen. Dit is het stadse leven! Dat zien we ook als we na ruim een uur aan komen op Deutsches Eck. Daar staat een monsterlijk groot monument voor Kaiser Wilhelm I, opgericht door Wilhelm II te ere van zijn pa. Er moest een haven voor gedempt worden, maar dan heb je ook wat. En pal naast dat megalomane beeld staat een groot paviljoen: een corona-proof biergarten met tafels wijd uit elkaar. De temperatuur is inmiddels 30+ en onze dorst zo groot dat we dankbaar aanschuiven om verkoeling te zoeken in de schaduw.

De stad weer uit

Smokkelen

Omdat we het decor van de stadsrand nou wel gezien hebben, en omdat het wederom erg warm lijkt te gaan worden, hakken we de knoop door: we gaan smokkelen. Twee kilometer voorbij Deutsches Eck beginnen we aan de stadsrand aan het vervolg van de route. Het bijzondere van zo’n grote stad uit lopen is dat je op de meest vreemde plaatsen komt. Een grindpad loodst ons onder en door een verkeersplein heen en brengt ons aan de bosrand. En zo ongeveer hier begint de grote klim, de Hunsrück op. Dat is een bergrug en bergplateau dat de scheiding vormt tussen de Moezel en de Rijn. Naarmate de Moezel meer westwaarts buigt wordt de rug breder, maar hier kun je – mits eenmaal boven – vrij gemakkelijk naar beide rivieren kijken.

Spaanse Vlag, de onderkant van zijn vleugels is fel rood

Puur natuur

En met de klim valt ook het geluid van de stad weg. Hoe verder we komen, hoe stiller het wordt. Grote, oude bomen werpen lange schaduwen en zorgen voor de zeer gewaardeerde verkoeling. Na ongeveer een uur stijgen, bereiken we een niveau waarop het landschap weer wat vlakker lijkt te worden. Hier zie je veel meer open plekken in het bos, waar vrij recent percelen zijn gerooid. De oorzaak hiervan – naast commerciële bosbouw – is een piepklein kevertje: de schorskever, ook wel bastkever genoemd. Die heeft het voorzien op de fijnspar en daar staan er nogal wat van in Duitsland. Het beestje doorboort de schors en uiteindelijk sterft de boom, die wel 50 m hoog kan worden, daardoor. Zo’n bruine spar is niet alleen lelijk, maar ook gevaarlijk als hij omvalt. En dus wordt er op grote schaal gekapt in de bossen. Gelukkig komen er ook weer nieuwe bomen voor terug, meestal loof. Maar die zijn nog wel erg klein…..

Uitzicht vanaf Gedeons Eck op de mooiste bocht van de Rijn

Het perfecte uitzicht

Door bos en soms dus langs kaalgeslagen percelen lopen we over de rug van het gebergte. Op dit stuk blijft dat verrassend dichtbij de Rijn, waarvan we regelmatig een glimp opvangen door de bomen heen. De echte beloning zit in de staart van de wandeling, als we vlak boven Boppard bij het uitzichtpunt Gedeons Eck komen. Vanaf hier heb je vrij zicht op de mooiste bocht van de Rijn. Nergens anders maakt de grote rivier zo’n bijna perfecte U-bocht, die je hier vandaan uitstekend kunt overzien. Zo uitstekend, dat er vanuit Boppard massa’s mensen omhoog worden gebracht met een kabelbaan om dit te zien. Maar als je om iets na half zes komt, is het stil en rustig en heb je het uitzicht vrijwel voor jezelf. Nadeel is dan wel weer dat je waarschijnlijk, net als wij, de laatste stoeltjes van de kabelbaan terug naar beneden mist, want die sluit om 18:00 uur. Onze benen hadden geen zin meer in de steile afdaling, maar er zit toch echt niks anders op. Langs de helling zigzaggen we naar beneden, op weg naar een terrasje. Boppard heeft als een van de weinige stadjes een mooie, sfeervolle boulevard. Leuk om te flaneren, als je dat nog kan, ander plof je gewoon neer op de eerste beste stoel!

Door de wilde bloemen heen

30+30=15

De zomer is hier in volle gang en de nieuwe dag belooft een warme te worden, met temperaturen tot boven de dertig graden. Dat vooruitzicht, gecombineerd met de wetenschap dat de etappe van vandaag ruim 30 km lang is, maakt dat we al snel besluiten dit stuk maar in tweeën te hakken. 16 km is ook mooi op zo’n warme dag, waarop er ook nog eens flink geklommen moet worden. Vanuit Boppard aan de Rijn zwiert de route landinwaarts, naar zo’n beetje de top van de Hunsrück hier, of wel ruim 500 meter hoog. Het landschap is een afwisseling van bossen en open land, soms akkers, soms bezaaid met wilde bloemen. Veel vee zie je hier niet, wel veel graanvelden.

Wilde bloemen = vlinders en bijen

Het zoemt en gonst

De velden met wilde bloemen en de nieuwe natuur die ontstaat op de plekken waar het bos gekapt is, trekken veel insecten. We zien bijen die de distels afstruinen, op zoek naar honing. Vlinders die genieten van valeriaan, leverkruid en andere voedselbronnen. Zwaluwen vliegen hoog door de lucht en duiken soms naar beneden om een lekker hapje mee te pikken uit het rijke insectenaanbod. Er is genoeg voor iedereen in deze zomer van overvloed. Ook voor ons, want wij sjouwen onze eigen lunch mee: brood, beleg, frambozen en vooral heel veel water. Dorst!

De Rijn, gezien vanaf de heuvels boven Boppard

Keurig Duits bovenop de Hunsrück

Het water dat de grote inspiratiebron is op de wandeling, de Rijn, hebben we bij Boppard achter ons gelaten. Hadden we voor de 30 km-variant gekozen dan keerden we weer terug bij het water in Oberwesel. Maar niet vandaag, ons eindpunt ligt in Karbach, een gehuchtje bovenop de Hunsrück. Omringd door de grotendeels gemaaide graanvelden en bereikbaar via een vrijwel kaarsrechte asfaltweg, ziet het er hier allemaal keurig en aangeharkt uit. Relatief nieuwe huizen, schone straten, gelapte ramen en de tuintjes op orde. Er is geen winkel of café te bekennen, maar kennelijk wonen de mensen hier graag. Er staan meerdere huizen in aanbouw aan de rand van het dorp. Karbach leeft (maar wij zien het niet)!

Warm!

Een dagje dalen

De voorlopig laatste dag van onze wandelvakantie op de E8 belooft er een van vooral dalen te worden. We zijn tenslotte hoog op de Hunsrück en moeten naar Rijn-niveau. Dat komt mooi uit op zo’n warme dag. Uiteraard valt dat toch een beetje tegen, we passeren heel wat dalen en moeten daar vervolgens weer uit klimmen om de volgende heuvel te passeren. Maar uiteindelijk dalen we meer af dan we stijgen en zoeken naarstig de schaduw van de bossen op. Dat lukt niet altijd; ook hier zijn regelmatig stukken gekapt of lopen we door boerenland. En daar is het gewoonweg heel erg warm. Pet op de kop en meters maken!

Op weg naar Oberwesel

Oberwesel, we komen eraan!

Na een uur of vier wandelen krijgen we dan toch zicht op Oberwesel, gepland eindpunt van deze warme dag. De Rijn laat zich zien en in de verte ontwaren we ook de burcht Rheinfels, hoog boven het stadje. Op de oevers van de Rijn liggen, verspreid over een stuk van 40 km zo’n zeventig burchten en kastelen. We hadden gehoopt dat de route langs een paar van die historische plekken op de Hunsrück zou lopen, maar tot nu toe was dat (nog) niet het geval. Maar Rheinfels staat hier op de bordjes, dus wie weet gaat dat nu wel gebeuren!

Uitzicht vanaf Sieben Jungfrauenblick

Terras met uitzicht

Even verder wacht een aangename verrassing. De route gaat letterlijk over het terras van het restaurant dat op het gelijknamige uitzichtpunt staat, Sieben Jungfrauenblick. Wie die Jungfrauen zijn, daar krijgen we geen hoogte van, maar het uitzicht is fantastisch! En omdat we zien dat we alleen nog maar hoeven af te dalen naar de stad, langs een smalle weg, durven we het wel aan om hier te genieten van een biertje met uitzicht. De burcht staat niet op het programma, maar lijkt in de volgende etappe te worden aangedaan.

Verkoeling!

Eindelijk in de Rijn

Dat bezoekje aan die burcht zal dan moeten wachten tot een volgende keer. Na tien dagen te hebben gewandeld, waarin we ruim 220 km hebben afgelegd, vinden we het wel even goed. De komende dagen loopt de temperatuur op tot boven de 35 garden, zo is de voorspelling. Dat is wat veel van het goede, we besluiten morgen huiswaarts te gaan. Met die beslissing realiseren we ons dat we de afgelopen dagen weliswaar heel veel van de Rijn hebben gezien, maar niet eens een teen in het heldere water hebben gestoken. Het is een rivier van scheepvaart, binnenvaartschepen en rondvaartenboten. Gezwommen wordt er niet of nauwelijks, de oevers zijn daar ook niet op ingericht. We klimmen langs de keien naar beneden, gooien de schoenen uit en nemen een voetenbad in de Rijn. Vastbesloten om hier terug te komen en verder te trekken naar Mainz, Oostenrijk, Tsjechië en verder!

E8 Praktisch

Na het Grote Rivierenpad in Nederland (van Hoek van Holland naar Kleve, 250 km) zijn we begonnen aan het Duitse deel van de E8. Dat beslaat alleen al in Duitsland zo’n 1.500 km. Het eerste deel loopt van Nijmegen naar Bad Godesberg (Bonn). We zijn nu bezig met het tweede deel dat door loopt naar Obernburg. Ter voorbereiding gebruiken we de routebeschrijving van Fernwege.de die je (tegen betaling) als PDF kunt downloaden. Onderweg gebruiken we ook de GPS-tracks die je kunt maken via de website longdistancepaths.eu.

Na Duitsland gaat de route verder via Oostenrijk, Slowakije en Polen. Tot en met Polen ben je ruim 4.500 km onderweg. Er wordt nog gewerkt aan de rest van de route die dan via Oekraïne, Bulgarije en Roemenië naar Turkije moet doorlopen. Hoe ver we gaan komen, zien we wel. Voorlopig zijn we afhankelijk van vakanties om verder te wandelen.

Meer lezen over wandelen op E8?

Impressies van onze eerdere wandeldagen op het Duitse deel van de E8 vind je hier.