De bomen kleuren geel, bruin en rood, hoewel er ook nog opvallend veel groene bladeren tussen zitten. Het landschap is heuvelachtig en glooiend en regelmatig maken we een flinke klim om in een volgend dal te komen. We lopen een paar kilometer om, want we stuiten op een groep jagers die een heel stuk bos hebben afgesloten. Welkom in de Duitse Eifel in oktober! Verslag van twee dagen wandelen langs de E8.

Zonnig vergezicht

Het hoogste punt

We hebben al heel wat hellingen bedwongen vandaag voordat we het bovenstaande uitzicht krijgen voorgeschoteld. We zitten dan weliswaar niet in het hoogste deel van de Eifel, maar te klimmen en dalen valt er hier aan de noordrand van het Naturpark Eifel genoeg. Door de eindeloze bossen zwerven we uren rond, steeds geleid door de GPS en de markering van de Eifelverein, de wandelclub die hier de routes markeert. De etappe van deze dag voert van Mulartshütte naar Schmidt, waar we een hotelletje hebben geboekt. Schmidt ligt ongeveer op het hoogste punt van deze tweedaagse, bovenop de berg aan de Rursee, het grote, grillige stuwmeer in de Eifel. We genieten van het zonnetje dat over de hellingen schijnt en zoeken een beschutte plek voor een picknick in t-shirt. Dat kan gewoon op 18 oktober!

Uitgerekend vandaag….

..

Het jachtseizoen is geopend in de Eifel

We zijn wel aan een pauze toe, want we hebben zojuist zo’n vier kilometer om moeten lopen. Jagers hebben bedacht dat het precies vandaag wel leuk zou zijn om hier een middagje te gaan schieten op zwijnen en reeën. Daarvoor hebben ze het hele bos afgezet en kunnen we dus niet de doorsteek maken die we volgens de route moeten maken. Als levende schietschijf door het bos trekken lijkt ons ook geen goed idee, dus zit er niks anders op dan om het bewuste stuk bos heen te lopen, langs de asfaltweg (gelukkig grotendeels over een fietspad). Stapt wel lekker door, maar we zijn blij als we na een klein uurtje stappen de natuur weer in kunnen trekken.

Honingzwam?

Het eetbare bos

Ook de paddenstoelen spelen hun partijtje mee om het bos een sprookjesachtig aanzicht te bieden. Naast de iconische rood-met-witte-stippen zien we talloze soorten, meer en minder bekend. Zo stuiten we op een groepje honingzwammen. Of is het wat anders? Deze zijn wel heel schubbig uitgevoerd. Je schijnt ze te kunnen eten, maar ik waag me er maar niet aan. Voor je het weet heb je een minder gezonde boleet achter de kiezen. Ik vertrouw in deze niet zo op mijn eigen oordeel en paddenstoelenkennis. Mooi is het wel om te zien!

Wir sind da!

Voetjes omhoog

Na ruim zes uur wandelen bereiken we dan de buitenrand van Schmidt, het hooggelegen dorp met uitzicht over de Rursee. Dat is een van de grootste stuwmeren in de Eifel, aangelegd in de jaren ’30 van de vorige eeuw. Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog bliezen de Duisters ‘m zelf op, om de oprukkende geallieerden af te remmen. In de jaren ’50 volgde herbouw. Tegenwoordig is het kunstmatige meer een toeristenattractie van formaat. Je kunt er met een rondvaartboot overheen cruisen, waterfietsen, zeilen, zwemmen en andere watersport-achtige dingen doen. De dorpen rondom het stuwmeer bloeien onder die toeristische belangstelling. Een keten van vakantieparken heeft er een paar jaar geleden een flink aantal nep-vakwerkhuisjes neergezet en ook hotelletjes en B&B’s doen goede zaken. De zon begint al weg te zakken als we inchecken bij de Schmidter Bauernstube, dat gelukkig ook over een restaurant beschikt. Hoeven we daarvoor gelukkig niet meer op pad!

Daar bij de waterkant

Waterkracht

De volgende dag steken we dan de machtige Rurtalsperre (de 285 m brede en 77 m hoge stuwdam) over en banen ons een weg door de Nederlanders die uit het ernaast gelegen Landal-park te voorschijn zijn gekomen. Achter de dam gaat het water in een klein stroompje verder om even verder een nieuw, kleiner stuwmeertje te vormen. De Heimachersperre is bescheidener van opzet en het meer oogt natuurlijker. Dat komt ook door de begroeide oevers waarover we langs het meer wandelen, in de richting van Heimbach. Soms lopen we over vlonders boven het water, dan weer tussen het struikgewas. Het zonnetje dat ons gisteren zo aangenaam vergezelde laat zich vandaag niet zien. Koud is het niet, zeker niet als we de pas er eenmaal flink in hebben. Op naar Heimbach!

Burcht Hengebach

 …

Belgische heren in de Eifel

Het eerste teken van de bewoonde wereld dat we in zicht krijgen is de Hengebach burcht die op zo’n 35 meter boven het wandelpad aan de rotswand lijkt te hangen. Dit is een van de oudste burchten uit de Eifel en werd al rond het jaar 1.000 gesticht door adellijke heren uit Luik. Al in 1085 kwam de burcht in handen van de Hengebachjes die nog steeds hun naam geven aan het imposante complex. Zoals het zo vaak gaat bij dit soort burchten werd er heel wat afgeknokt om het bezit en bestuur van de omliggende gronden. Aan het begin van de 20e eeuw was hij vervallen tot een ruïne en werd gerestaureerd, met veel lelijk beton. Desondanks blijft het een fraai voorbeeld van hoe een middeleeuwse burcht eruit heeft gezien. De ‘stad’ Heimbach is tegenwoordig eigenaar van de burcht.

Mooie vakwerkhuisjes in de binnenstad

Vakwerk

Datzelfde Heimbach blijkt eigenlijk een groot dorp te zijn, maar dan wel erg fraai uitgevoerd. Het is de plek waar we inkopen doen voor onze lunch, een taartje eten en wat ronddwalen door de straatjes en steegjes om de kleurrijke vakwerkhuisjes (echte dit keer!) te bekijken. We twijfelen nog even bij de bushalte want de lucht begint nu toch wel erg grijs te worden, maar besluiten toch door te lopen. Heimbach dankt zijn naam aan het watertje dat door het stadje stroomt en dat ligt meestal op het laagste punt. Een letterlijk adembenemende klim brengt ons in korte tijd zo’n 100 m boven de stad en biedt fantastisch uitzicht over de omgeving. En op de aanstormende regenwolken….

Uitzicht vanaf de berg boven Heimbach

Dapper doorstappen

We zetten de vaart erin, want niks zo lastig als lopen over natte, rotsige ondergrond. Gelukkig hebben we de grootste klim gehad als de eerste druppels zich aandienen. Regenjassen aan en dapper doorstappen. Na een korte bui droogt het weer even op en na vier kilometer bereiken we een groot klooster, gewijd aan Maria. Het naastgelegen restaurant zit bomvol herfstvakantie-vierende mensen die op zoek zijn naar droog vertier en dus laten we die warme chocomelk waar we onze zinnen op hadden gezet maar voor wat het is. De regen gaat nu over van miezerig in stevig en snel duiken we het beukenbos in. Nat is het en blijft het totdat we ons eindpunt Gemünd bereiken. Daar zoeken we de behaaglijke warmte in de stadsbrouwerij, maar de niet zo vriendelijke eigenaresse wil alleen nog maar dinergasten over de vloer. Uiteindelijk belanden we bij de lokale bakkerij die ook bier op de kaart heeft. Met 21 km achter ons smaken die welverdiend. Met nog drie etappes te gaan tot Bonn zijn we dik tevreden met onze vorderingen dit jaar op de E8. Volgend jaar gaan we weer verder!

Praktisch

Na het Grote Rivierenpad in Nederland (van Hoek van Holland naar Kleve, 250 km) zijn we begonnen aan het eerste Duitse deel van de E8. Dat beslaat alleen al in Duitsland zo’n 1.500 km. De route gaat daarna verder via Oostenrijk, Slowakije en Polen. Tot en met Polen ben je ruim 4.500 km onderweg. Er wordt nog gewerkt aan de rest van de route die dan via Oekraïne, Bulgarije en Roemenië naar Turkije  moet doorlopen. Hoe ver we gaan komen, zien we wel. Voorlopig zijn we afhankelijk van weekendjes – en later wellicht weekjes – om verder te wandelen.

Traject van de E8

Meer lezen over de E8?

Impressies van onze eerdere wandeldagen op het Duitse deel van de E8 vind je hier.